versie 2.1 maart 2021

Code of Conduct

Inleiding

De Vereniging Geld- en Waardeberging (VGW) is de brancheorganisatie van ondernemers die zich bezighouden met de vervaardiging van en handel in brand- en inbraakwerende kasten en aanverwante producten alsmede overige geld- en waardebergingssystemen, cash handling en cashmanagementsystemen.

De VGW acht het van belang dat haar activiteiten steeds in overeenstemming zijn met de geldende wetgeving. Dit betreft met name het mededingingsrecht, maar ook wetgeving ter bestrijding van fraude en corruptie. De branchevereniging is van oordeel dat zaken in vrije concurrentie moeten geschieden, d.w.z. op basis van kwaliteit en prijs. De branchevereniging onderkent dat de genoemde wetgeving beoogt deze vrije concurrentie te bevorderen, zodat deze wetgeving de volledige steun heeft van de branchevereniging. Zij hecht er aan een en ander te bevestigen door vaststelling van een gedragscode, die bindend is voor haar leden.

Regels voor de vereniging en het verenigingswerk, zijn op de volgende pagina’s samengevat. Deze regels zijn van toepassing op alle leden en hun personeel actief binnen de vereniging. Met het aanvaarden van deze spelregels wil VGW duidelijkheid en richting geven aan de leden.

Met deze code beoogt VGW bij alle partijen en instanties, die met de branche te maken hebben, vertrouwen te creëren in de integriteit van de branche, met als bijkomend voordeel dat voor de lidbedrijven duidelijke regels bestaan, die niet alleen het risico van onjuist gedrag maar ook mededingingsrechtelijke boetes voor lidbedrijven beperken.

Het volgen van en het niet overtreden van de regels zijn vanzelfsprekend voor iedereen die binnen de vereniging deelneemt aan de werkzaamheden en overleg en heeft tot doel de vereniging en zijn leden te beschermen.

Bij gelijktijdige toepassing van de branchecode en de code van het lidbedrijf zal alleen de branchecode prevaleren indien er sprake is van een actie, discussie of besluit voortkomend uit de branchevereniging.

I.       OVERLEG EN BESLUITVORMING BINNEN DE BRANCHEVERENIGING

De volgende regels zullen binnen de branchevereniging steeds worden gerespecteerd:

A. ZORGVULDIGE PROCEDURES

1.      Vergaderingen van een orgaan, commissie, werkgroep of ander samenwerkings­verband binnen de vereniging zullen slechts plaatsvinden na schriftelijke oproeping voor die
vergadering. De oproeping zal de agenda voor de vergadering bevatten.

2.      Van elke vergadering, zoals onder 1. bedoeld, zal een schriftelijk verslag/actielijst worden opgemaakt, dat aan alle leden van het desbetreffende orgaan, commissie, werkgroep of ander samenwerkingsverband zal worden toegezonden. Deze verslagen/actielijsten zullen ook ter kennisneming aan het algemeen bestuur of branche bestuur van de vereniging worden toegezonden.

3.      Het gezamenlijke overleg in een orgaan, commissie, werkgroep of ander samenwerkingsverband over de geagendeerde en andere onderwerpen, voor zover markt gerelateerd (d.w.z. over onderwerpen, die van belang zouden kunnen zijn voor de positie en positiebepaling van de individuele lidbedrijven in de onderlinge concurrentie), zal zich beperken tot de officiële vergadering,
waarvan het schriftelijk verslag wordt opgemaakt. Na de formele sluiting van de vergadering is voortzetting van de samenkomst in informele sfeer toegestaan, mits niet over (voorgenomen) marktgedrag of individuele marktgegevens wordt gesproken.

4.      Tijdens het overleg, zoals onder 3. bedoeld, kan geen sprake zijn van bespreking van onderwerpen met het voorbehoud dat een en ander niet zal worden genotuleerd. Bij zodanig voorbehoud zal de voorzitter van de vergadering weigeren tot bespreking van het desbetreffende onderwerp over te gaan.

5.      Vergaderingen
van een orgaan, commissie, werkgroep of ander samenwerkingsverband, waarbij over marktgerelateerde onderwerpen wordt gesproken, zullen voor zover mogelijk en wenselijk worden bijgewoond door een bestuurslid. Deze dient toe te zien op mededingingsrechtelijke gevoeligheden. Bij twijfel over de mededingingsrechtelijke gevoeligheid dient bespreking achterwege te blijven totdat advies van een
mededingingsrechtelijke deskundige is ingewonnen en dit advies ertoe leidt dat bespreking zonder bezwaar kan plaatsvinden of dat de bij de bespreking in acht te nemen grenzen voor de branchemanager duidelijk zijn.

 

B. VERBODEN ONDERWERPEN

 

  1. De volgende onderwerpen mogen tijdens vergaderingen van organen, commissies, werkgroepen of andere samenwerkingsverbanden binnen de branchevereniging in
    geen geval aan de orde komen:

–    Verkoopprijzen, tarieven, (beoogde) prijswijzigingen, adviesprijzen, kortingen, toeslagen en andere prijsgerelateerde onderwerpen;

–    Verdeling van de markt, bijvoorbeeld door aan bepaalde lidbedrijven een bepaald geografisch gebied, bepaalde klanten of bepaalde groepen van klanten toe te wijzen;

–    Beperking van productie of verkoop;

–    Vooroverleg met betrekking tot reactie op offerteaanvragen van potentiële klanten;

–    Doorberekening van offertekosten van concurrenten in de eigen offerteprijs;

–    Uitwisseling van commerciële informatie van de individuele lidbedrijven, d.w.z. van gegevens m.b.t. de productie, omzet, afzet, prijs- en tariefstelling, investeringen, R&D-uitgaven en overige gegevens die als commercieel gevoelig kunnen worden aangemerkt;

–    Bekendmaking van de gemiddelde prijs of van de bandbreedte van prijzen binnen de branche;

–    Exclusiviteit voor specifieke lidbedrijven tot vertegenwoordiging van fabrikanten en importeurs;

–    Boycot van bepaalde leveranciers of afnemers.

 

C. EVENTUELE PROBLEEMONDERWERPEN

I. De volgende onderwerpen kunnen onder omstandigheden tot problemen in de mededingingsrechtelijke sfeer leiden, zodat bespreking van deze onderwerpen binnen het kader van de branchevereniging steeds in goed overleg met een mededingingsrechtelijke deskundige moet plaatsvinden:

–    Algemene verkoop- en leveringsvoorwaarden. Indien deze betrekking hebben op concurrentiegevoelige elementen (zoals prijzen, tarieven, wijze van indexering, doorberekening van specifieke kosten) kan dit tot bezwaren van de mededingingsautoriteiten leiden;

–    Beperking van deelneming aan beurzen. Door binnen de branche gezamenlijk te kiezen voor niet-deelneming aan bepaalde beurzen wordt de vrijheid van de individuele lidbedrijven om aan elke willekeurige beurs deel te nemen beperkt. Een zodanige beperking is slechts onder specifieke voorwaarden toegestaan;

–    Erkenningsregelingen/lidmaatschapscriteria. Zolang erkenning of lidmaatschap van de branchevereniging voor de potentiële klant geen rol van betekenis speelt bij de keuze voor een product of dienst, bestaan hier geen mededingingsrechtelijke bezwaren. Zodra de klant hier wel betekenis aan toekent, dient een en ander aan specifieke voorwaarden te voldoen;

–    De verzameling door het secretariaat van commerciële informatie van de individuele lidbedrijven en beschikbaarstelling door de branchevereniging aan de lidbedrijven in getotaliseerde vorm is in beginsel toelaatbaar, maar kan problemen opleveren. In ieder geval moet worden gewaarborgd dat individuele lidbedrijven geen kennis kunnen nemen van informatie met betrekking tot andere
individuele lidbedrijven;

II. GEDRAGSNORMEN LIDBEDRIJVEN

Ten behoeve van de goede naam van de branche acht de branchevereniging het van belang dat de individuele leden in hun marktgedrag de volgende regels respecteren:

1.      De lidbedrijven zullen zich onthouden van gedragingen, die de professionele integriteit van het bedrijf in het gedrang brengen en zich onthouden van gedrag dat afbreuk doet aan het vertrouwen in de branche.

2.      De lidbedrijven zullen zich verder onthouden van elke vorm van omkoping van potentiële klanten, overheden en andere derden om commercieel voordeel, althans kostenvoordelen te behalen. Eventuele relatiegeschenken of giften aan potentiële klanten en overheden zullen zodanig worden beperkt dat het niet zal leiden tot beïnvloeding.

3.      De lidbedrijven hebben de verplichting zorg te dragen voor goede, juiste en actuele informatie richting hun klanten en/of relaties over productspecificaties, certificering en testen alsmede over de indicatie waardeberging (of het ontbreken daarvan).

4.      Alle informatie- en promotiemiddelen en/of marketing-uitingen van de lidbedrijven die verwijzen naar inbraakwerende kluizen en kasten die zijn getest volgens Europese normeringen EN 1143-1, EN 1143-2 en EN 14450 vermelden altijd duidelijk door welk testhuis is getest en/of welke instantie het certificaat heeft afgegeven alsmede vermelding van de indicatie waardeberging. De indicatie
waardeberging is alleen van toepassing op EFSG of ECB-S erkende testinstituten.

5.      Lidbedrijven die nieuwe of gebruikte brandwerende kluizen en kasten (papier en data media) aanbieden voor verkoop, vermelden altijd duidelijk de naam van de instantie die het certificaat heeft afgegeven en de weerstandklasse.

6.      Lidbedrijven die kluizen of kasten aanbieden voor verkoop en die zijn getest door een ander testhuis dan een testhuis dat is aangesloten bij EFSG of ECB-S of indien het certificaat niet is afgegeven door een instantie die werkt volgens de standaard van de VGW  moeten duidelijk vermelden dat een verzekeraar mogelijk de toegekende weerstandklasse niet accepteert. Of wel in dat geval mag er geen indicatie waardeberging worden afgegeven.

7.      Lidbedrijven zullen geen informatie of (promotie)materiaal verstrekken waarin wordt vermeld of de suggestie wordt gewekt dat een product is getest of gecertificeerd volgens de overeengekomen standaard terwijl dit niet het geval is.

8.      Conformering aan deze gedragscode van de VGW is een criterium voor acceptatie van een lidmaatschapsaanvraag.

9.      Ingeval VGW leden op het moment van lidmaatschap nog niet aan het bovenstaande voldoen en desondanks bij uitzondering worden toegelaten, zullen zij alles in het werk stellen om zo snel mogelijk, doch uiterlijk binnen 1 jaar na aanvang lidmaatschap, aan de door de VGW gestelde standaard te voldoen.

III.  UITVOERING/HANDHAVING

De branchevereniging VGW implementeert de onderhavige gedragscode door deze door een besluit van de algemene ledenvergadering vast te stellen als reglement, d.w.z. als bindende regeling voor de lidbedrijven, en daarbij vast te leggen dat een lidbedrijf dat zich niet houdt aan de gedragscode hierop aangesproken kan en zal worden.

Bij een herhaald niet-nachtnemen van de gedragscode en het in verzuim blijven na verzoeken tot aanpassing, kan het lidmaatschap beëindigd worden.

IV.  GEBRUIK LOGO VGW

In deze paragraaf staan de voorwaarden voor het gebruik van het VGW logo beschreven.

Het logo bestaat uit de onderdelen zoals hieronder is weergegeven en zal te allen tijde volledig en zonder aanpassingen worden weergegeven.

 

Het logo is geen keurmerk, maar is onder andere bedoeld voor bedrijven om aan te geven dat zij lid zijn van de VGW.

Leden van VGW mogen verwijzen naar het lidmaatschap door gebruik van het logo van VGW op hun briefpapier, visitekaartjes, websites en andere (marketing)uitingen.

V.  Gebruik logo EUROSAFE

Lidbedrijven van VGW  mogen, zolang VGW is aangesloten bij Eurosafe, het EUROSAFE logo gebruiken onder de voorwaarden zoals door Eurosafe ten aanzien van het gebruik van het logo zijn vastgesteld.

Hierbij wordt altijd verwezen naar de laatst geldende bepalingen vastgelegd in de Code of Conduct van Eurosafe.